Soms plan ik een week in waarbij ik denk: als dat maar goed gaat. Onze grote vriend Murphy zegt: als iets mis kan gaan, dan gaat het ook mis. Over de jaren heen ben ik steeds meer in deze wet gaan geloven, met als hoogtepunt mijn Europese Roadshow. Voor een opdrachtgever moest ik in één week al zijn kantoren in Europa bezoeken om een groot project toe te lichten. Een middag puzzelen leverde een schema op van 9 vluchten in 5 dagen, beginnende op zondag.
Ik vertrok op zondagmiddag en het was een prachtige dag. Ik ging zeer casual gekleed naar Schiphol. En met zeer casual, bedoel ik ook zeer casual: korte broek en een fout overhemd. Mijn nette kleren zaten in mijn carry on. Op Schiphol aangekomen had ik problemen met de check-in kiosk van Lufthansa. Ik moest me melden bij een check-in balie. Ergens in mijn hoofd hoorde ik Murphy lachen, maar ik negeerde hem nog.
Toen ik aan de beurt was, had ik geen probleem om in te checken (Ha Murphy, wie lacht er nu?!). Alleen toen gebeurde het:
“We vliegen vandaag met een kleiner toestel, wilt u uw koffer inchecken?”
“Nee.”
“Nou, het was geen vraag, u moet uw koffer inchecken.”
“Maar, waarom? Ik heb een korte overstap?”
“U haalt uw aansluiting wel en ik moet uw koffer inchecken.”
Met tegenzin gaf ik mijn koffer af en in de verte hoorde ik Murphy grinniken. Mijn eerste vlucht had vertraging, daardoor werd ik op Schiphol al omgeboekt op een andere vlucht (naar een andere stad met een andere overstap). Mijn koffer? Die zou ook meekomen. Mijn vervangende vlucht had ook vertraging en mijn nieuwe aansluiting heb ik ook gemist. En mijn koffer? Die stond nog in Amsterdam (uiteraard). Maar die konden ze wel naar mijn hotel sturen. Alleen hadden ze er geen rekening mee gehouden dat ik een roadshow gepland had en dus elke dag een ander hotel had (in een ander land).
Maandagmorgen alsnog met de eerst mogelijke vlucht naar mijn eerste bestemming gevlogen (nog steeds in korte broek) en onderweg naar de klant aan een taxichauffeur die geen Engels sprak (Murphy...) uit proberen te leggen dat ik echt even een pak moest kopen (op maandagochtend!). Dat is gelukt, alleen dacht de taxichauffeur dat ik net de staatsloterij gewonnen had. Het pak dat ik moest kopen, is nog steeds het duurste pak dat ik ooit gekocht heb.
Toen ik aan het eind van de dag aankwam in mijn hotel; geen koffer. Toen ik de volgende morgen wegging; nog steeds geen koffer. En zo ging het de rest van de week. Inchecken; geen koffer. Uitchecken: geen koffer. Mijn eigen koffer heb ik op een gegeven moment naar huis laten sturen omdat ik een nieuwe koffer gekocht had die ruim gevuld was met nieuwe kleren.
Om de woorden van de voorzitter van de American Rifle Association aan te halen: “From My Cold, Dead Hands”. Ik check nooit meer een koffer in.
Michiel de Neef
Consultant/Veelvlieger